SluitenHelpPrint
Switch to English
Cursus: WISB201
WISB201
Communicatie in de wiskunde
Cursus informatie
CursuscodeWISB201
Studiepunten (EC)7,5
Cursusdoelen
 
Inhoud
Organisatie: Steven Wepster. De groepen worden begeleid door een drietal docenten van het Freudenthal Instituut of het Mathematisch Instituut. 
DIT VAK IS NIET GESCHIKT VOOR BIJVAKSTUDENTEN.
 
Studenten oefenen in deze cursus met een aantal aspecten van wetenschappelijk communiceren: spreken, schijven, samenwerken. Met name bij de schriftelijke verslaglegging is er ook aandacht voor wetenschappelijk integer omgaan met het werk van anderen (citeren, bronvermelding etc). Dit vak is verplicht voor in het wiskundeprogramma. DIT VAK IS NIET GESCHIKT VOOR BIJVAKSTUDENTEN.
 
Leerdoelen: 
de student
  1. houdt voor een publiek bestaande uit medestudenten een begrijpelijke, boeiende en visueel goed ondersteunde voordracht over een wiskundig onderwerp;
  2. verricht in een klein team een beperkt onderzoek over een wiskundig onderwerp;
  3. draagt als teamlid bij aan een goed geschreven en (zowel taalkundig als wiskundig) correct schriftelijk verslag over het uitgevoerde onderzoek;
  4. respecteert bij de presentatie en in het verslag de geldende normen van wetenschappelijk handelen en wetenschappelijke integriteit.
In deze cursus:
Er zijn drie aspecten van communicatie die in deze cursus aandacht krijgen: samenwerken aan een eindproduct (waarbij je uiteraard met elkaar zult communiceren); mondeling presenteren; schriftelijk presenteren (schrijven in LaTeX). Het samenwerken aan een eindproduct zul je in hoofdzaak zelfstandig met je teamleden uitvoeren. Dit proces wordt in beperkte mate begeleid door een staflid, maar het initiatief voor contact zal daarbij van de teamleden uitgaan. Het mondeling presenteren zal in de werkcollegesessies geoefend worden met wisselende nadruk op verschillende aspecten ervan. Bij het oefenen in schriftelijk presenteren zal “peer feedback” een belangrijke rol spelen: hierbij geven teams elkaar feedback op de geschreven teksten. Een belangrijk aspect van peer feedback is dat je er kritischer door naar teksten gaat kijken (ook die van jezelf).
 
Onderwijsvormen:
Twee keer per week komen de groepen twee uur bij elkaar om te oefenen met presenteren. Hierbij geldt aanwezigheidsplicht bij alle bijeenkomsten. Daarnaast heb je tijd nodig voor het onderzoek, schrijven en feedback geven, en om je presentatietechniek te oefenen.
 
Toetsing:
Er worden drie deelresultaten gegeven: voor de (laatste) voordracht, voor het schriftelijk gepresenteerde teamwerk, en voor het proces. Als leidraad voor deze drie deelresultaten gelden globaal dezelfde criteria als bij het bacheloronderzoek rekening houdend met het vroegere moment in de leerlijn. Alle deelresultaten moeten voldoende (minstens 6) zijn. Onvoldoende deelresultaten worden niet numeriek uitgedrukt maar als ONV. In het eindcijfer tellen de deelcijfers even zwaar. Studenten die een of meer oefensessies missen zonder geldige reden (ter beoordeling van de werkgroepleider) krijgen een ONV voor het onderdeel proces.
 
Herkansing:
Bij een onvoldoende voor het toetsonderdeel “proces” kan vanwege de aard van de cursus geen herkansing gegeven worden. Bij een onvoldoende voor het schriftelijk werk wordt een reparatie-opdracht verstrekt. Bij een onvoldoende voordracht wordt een reparatievoordracht opgelegd. Het eindcijfer wordt in deze gevallen op dezelfde wijze bepaald als onder Toetsing staat vermeld.
 
Taal van het vak:
De voertaal van dit vak is Nederlands. 
SluitenHelpPrint
Switch to English