SluitenHelpPrint
Switch to English
Cursus: USG5010
USG5010
Bestuur en beleid
Cursus informatie
CursuscodeUSG5010
Studiepunten (EC)7,5
Cursusdoelen

Na afloop van deze cursus is de student:
  • Heeft de student inleidende kennis en begrip van de basistheorieën van de bestuurskunde, in het bijzonder op het gebied van beleid en openbaar bestuur. De student kan deze theorieën uitleggen en toepassen op voorbeeldcasus;
  • Is de student in staat om beleid te analyseren en verklaren vanuit verschillende theoretische perspectieven;
  • Is de student op basisniveau in staat om een aanpak van een beleidsprobleem te ontwerpen en evalueren. Daartoe hebben ze inzicht in verschillende beleidsinstrumenten en evaluatiemethoden;
  • Heeft de student kennis van de inrichting van het Nederlandse openbaar bestuur als context waarin beleidsvorming plaatsvindt.
Inhoud

Hoe kan de overheid criminaliteit bestrijden, de werkloosheid terugdringen of zorgen voor een gezonde samenleving? In de cursus bestuur & beleid bestuderen we hoe de overheid om kan gaan met dergelijke maatschappelijke problemen. In de cursus staat een drietal vragen centraal. De eerste vraag is hoe je beleid kunt ontwerpen en evalueren. De tweede vraag is in welke context beleidsvorming plaatsvindt. De derde vraag is hoe bestaand beleid en beleidsuitkomsten verklaard en begrepen kunnen worden.
 
We starten deze cursus vanuit een overheidsperspectief en behandelen de basis van beleidsanalyse. De studenten maken kennis met de inrichting en het dagelijkse functioneren van het Nederlandse openbaar bestuur. We behandelen manieren waarop beleid tot stand komt en geëvalueerd kan worden We staan onder meer stil bij de verschillende klassieke beleidsinstrumenten die de overheid tot haar beschikking heeft, zoals wetten en subsidies. Maar de overheid opereert vanzelfsprekend niet in een vacuüm. We onderzoeken hoe verschillende partijen, zoals belangengroepen, vakbonden en werkgeversorganisaties hun problemen op de agenda zetten en hoe ze hun belangen nastreven. Ook de institutionele context drukt een belangrijke stempel op welke beleidskeuzes er worden gemaakt, dus ook daar besteden we aandacht aan.
 
De cursus vervolgt met het verklaren en begrijpen van beleid. Vanuit het boek Policy Paradox van Deborah Stone analyseren we actuele vraagstukken. Dit helpt studenten om vragen rondom beleid te kunnen duiden. Waarom, bijvoorbeeld, is er zoveel controverse rond het klimaatbeleid? En waarom is het Kinderpardon aangepast naar aanleiding van maatschappelijke discussie? En waarom zijn publieke vraagstukken zoals migratie en klimaatverandering zo moeilijk te sturen? Studenten leren op verschillende manieren naar beleid te kijken en verschillende verklaringen voor bestaand beleid en beleidsuitkomsten te formuleren.
 
De literatuur wordt in de colleges toegelicht, geïllustreerd en bediscussieerd aan de hand van actuele vraagstukken. Daarnaast zijn er werkgroepen waarin de studenten hun kennis over de theorie verdiepen via onderlinge bespreking en toepassingsopdrachten gericht op specifieke thema’s uit de beleidspraktijk. Ook maken en presenteren zij groepsgewijs een schriftelijke opdracht. Naast deze groepsopdracht bestaat de toetsing uit het schrijven van een individueel opinieartikel over een actuele beleidskwestie en een tentamen bestaand uit open vragen.
 
 
SluitenHelpPrint
Switch to English