|
REPRODUCTIE
Studiepunten: 7,5 Cursuscode: BMW30805
Coördinator: Dr. B.M. Gadella Periode: 3
Coördinator: Dr. B.M. Gadella Timeslot: A+D
E-mail adres: b.m.gadella@uu.nl Niveau: 3
Tel.nr.: 030 – 253 5386
Inhoud:
Onderwerpen van de cursus:
- het verloop van de oögenese & follicogenese, de processen betrokken bij follikelontwikkeling;
- de hormonale cyclus bij de vrouw, regulering van de ovulatie, cyclusstoornissen en interventiemogelijkheden bij de mens;
- het verloop van de spermatogenese, de bouw en het functioneren van de spermacel, het belang van sperma-maturatie en transport, sperma-activering (capacitatie) en de bevruchting;
- herkenning en gedrag van de bronst bij dieren;
- de fysiologie van de copulatie;
- artificiële reproductieve technieken;
- de ontwikkeling van de zygote tot blastocyst;
- maternale herkenning van de dracht;
- regulatie van de geboorte;
- embryo, primaire kiemcellen;
- kloneren en het vervaardigen van embryonale stamcellen en genetisch gemodificeerde cellen, organen en organismen en de toepassingen ervan;
- reproductieve veroudering en degeneratie van geslachtscelvormende cellen; toxische en epigenetische effecten
- ethische aspecten bij het reproductieonderzoek: Wat kan wel en niet en waarom?;
- FISH en het aantonen van chromosomale afwijkingen.
Vereiste voorkennis:
Verplicht deel BMW–curriculum of vergelijkbare inhoud.
Leerdoelen:
Kennis en inzicht
Aan het eind van de blok is de student in staat:
- de processen die verlopen bij het ontstaan van geslachtscellen te beschrijven;
- de manier waarop bevruchting bij zoogdieren plaatsvindt te benoemen;
- uit te leggen welke artificiële reproductietechnieken in een moderne IVF kliniek gebruikt worden om de bevruchtingskans te vergroten;
- te beschrijven hoe de vroege embryogenese en de innesteling van het embryo verloopt en hoe uiteindelijk een nakomeling tot stand komt;
- uit te leggen hoe en waarom embryonaal materiaal gebruikt kan worden voor het genetisch kloneren;
- analytische methodieken om het bevruchtingsproces te bestuderen te beschrijven;
- de evolutionaire diversiteit van voortplantingsstrategieën in het dierenrijk te beschrijven;
- het evolutionaire nut van geslachtelijke voortplanting hieraan te koppelen en te verklaren.
Vaardigheden
De student is in staat om:
- de technieken uit het onderzoeksveld toe te passen.
Onderwijsvorm(en) en contacttijd
Het onderwijs wordt gegeven in de vorm van 30 uur hoorcollege (in geschikte ruimte voor 24 studenten) en 6 verplichte practica. De totale contacttijd bedraagt ongeveer 87 uur (45%).
Toetsvormen:
- Mondelinge presentatie in het Engels van een uitgewerkt onderwerp + inleveren scriptie daarvan beiden in de Engelse taal (40%);
- Schriftelijk tentamen over de stof (60%).
Om de cursus met succes af te sluiten moet het eindcijfer (100%) ³ 5,5 zijn.
Benodigd materiaal (boeken/kosten):
- MH Johnson, Essential Reproduction (8th edition), Blackwell Science, Oxford, UK (2018); ca. € 50;
- Reader, handleiding en collegepresentaties worden tijdens de cursus verstrekt.
Extra informatie:
De cursus wordt bij de Faculteit Diergeneeskunde gegeven. Naast de mens, rat en muis staan uitdrukkelijk ook het varken, rund en paard centraal als modelsoorten.
|
|
|