SluitenHelpPrint
Switch to English
Cursus: BMW30110
BMW30110
Researchproject Plus
Cursus informatie
CursuscodeBMW30110
Studiepunten (EC)22,5
Inhoud
RESEARCHPROJECT PLUS
 
Studiepunten:    22,5                                           Cursuscode: BMW30110
Coördinator:      Dr. J.A.Post                               Periode: 3 (BC óf AD) én
Examinator:       Dr. J.A.Post                               Periode: 4 (A+B+C+D)
E-mailadres:      J.A.Post@uu.nl                             Niveau: 3
Tel.nr.:               030 253 3894
 
Het Researchproject Plus is identiek aan het Researchproject (BMW30105), maar
  • bevat 7 weken praktisch werk in plaats van 2;
  • kan alleen in periode 3 in deeltijd en voltijds in periode 4 worden gevolgd;
  • kan alleen worden gevolgd na goedkeuring van de coördinator na ontvangst van een schriftelijke motivatie, een CV en een kopie van de tot dan gevolgde cursussen en behaalde studieresultaten uit OSIRIS, uiterlijk een week voor het verstrijken van de inschrijvingstermijn voor periode 3.
 
Inhoud
Voor beschrijving inhoud Researchproject Plus: zie beschrijving Researchproject. Zie ook: http://uubmw.nl/programme-related-courses#biomedische-keuzecursussen-groen.
 
Vereiste voorkennis
Gezien het karakter van de cursus wordt ernaar gestreefd de cursus zo laat mogelijk in de Bachelorfase te doen, tenzij er goede argumenten zijn de cursus eerder te doen. Aangezien bij de aanmelding voor deze cursus de cijfers van periode 2 nog niet bekend zijn, moet een minimum van 135 ECTS zijn behaald vóór de aanvang van het Researchproject èn moet het onderwijs van twee andere cursussen zijn gevolgd. Alleen na overleg met de coördinator kan deze eis mogelijk worden omzeild.
 
Leerdoelen
Vaardigheden
De student is in staat:
  • te redeneren op academisch niveau;
  • informatie te analyseren, op grond daarvan een hypothese op te stellen en een probleemstelling om te zetten in een onderzoeksplan;
  • medisch-biologische technieken correct uit te voeren en data te analyseren en te verwerken;
  • de resultaten van een experiment op correcte en heldere wijze in een labjournaal samen te vatten;
  • schriftelijk te rapporteren in de Engelse, of na toestemming in de Nederlandse, taal;
  • de opgedane kennis te hanteren in een wetenschappelijke context;
  • verder inzicht te krijgen in wetenschappelijke integriteit.
 
Onderwijsvorm(en) en contacttijd:
Er is een informatiecollege in november en een herhaling in februari-maart over opzet en aanpak. In periode 3 wordt in een werkcollege en in periode 4 in een hoorcollege aandacht gegeven aan tips bij het maken van een werkplan en aan tips bij het schrijven. Een computermodule RefWorks wordt aangeboden aan studenten die elektronisch hun referenties willen bijhouden. Contacttijd wordt geschat op 40%. Tijdens de praktische periode zal dat 50% zijn gedurende 7 weken; bij de voorbereiding en het schrijven zal de contacttijd lager zijn. Aangezien de student in periode 4 geen ander onderwijs heeft, is het handig het praktische deel in deze periode uit te voeren.
Enkele weken/maanden voorafgaand aan het begin van de cursus wordt een begeleider en laboratorium gezocht en benaderd.
Week 1:            Lezen van noodzakelijke literatuur. Maken van werkplan, waarin een goed omschreven doel van je literatuurstudie en afspraken met de begeleider staan.
Weken 2-3:       Lezen, maken van een schrijfplan.
Weken 4-8:       Schrijven concept.
Weken 6-8:       Schrijven.
Periode 4:         Praktisch werk. In overleg met de begeleider kan dit praktische werk ook op een ander tijdstip
worden gedaan. Omvang ongeveer 7 weken.
Week 17-18:     Afronden en indienen conceptversie.
Week 19:          Begeleider leest en corrigeert concept.
Week 20:          Verwerking commentaar in eindversie; bespreking eindversie.
Vanzelfsprekend is het mogelijk dat begeleider en student tot een ander tijdschema besluiten. Gestreefd wordt naar een correcte uitvoering van de opdracht, meer dan naar een lang artikel of naar een groot aantal gebruikte artikelen.
 
Toetsvormen:
Het geschreven verslag/thesis wordt beoordeeld door de begeleider en door een 2de beoordelaar die door de coördinator aangewezen wordt. Het eindcijfer bestaat uit twee deelcijfers: 50% van het cijfer wordt bepaald door het praktische werk en 50% door het schrijven van een artikel. Het eindproduct moet door de student via de Blackboard-site van het Researchproject worden aangeboden in Ephorus voor een controle op plagiaat. Op bovengenoemde websites zijn Rubrics te vinden die gebruikt worden bij de beoordeling. Om het Research Project Plus met een voldoende af te sluiten moet, met ingang van 1-9-2018, de e-module “PWI&E - Scientific Misconduct” gedaan zijn. Als het Research Project Plus binnen het UMC gedaan wordt is het verplicht voorafgaande aan de stage de veiligheidsmodule doen. Beide modules zijn te vinden op de Blackboardsite van de cursus.
 
Benodigd materiaal:
Geen materialen.
SluitenHelpPrint
Switch to English