|
Na het behalen van de cursus heeft de student:
- kennis van en inzicht in theorieën en concepten die voor een filosofische reflectie op technologie en nieuwe media van belang zijn;
- inzicht in het belang van deze techniek- en mediafilosofische vraagstukken in relatie tot het beroepenveld.
Na het behalen van de cursus kan de student
- normatieve vooronderstellingen met betrekking tot nieuwe media herkennen, analyseren en kritisch bevragen;
- een beargumenteerde eigen positie innemen in een techniek- en mediafilosofisch debat;
- hedendaagse discussies over nieuwe media herleiden tot filosofische grondbeginselen, concepten en posities.
De student verwerft kennis van en inzicht in theorieën en concepten die voor een filosofische reflectie op nieuwe mediatechnologieën van belang zijn. Zij stellen de student in staat om o.a. ontologische en normatieve vooronderstellingen en implicaties met betrekking tot nieuwe media te herkennen, te analyseren en kritisch te bevragen. De kennis slaat daarbij ook bruggen te slaan naar kwesties die voor het afnemend beroepenveld actueel en relevant zijn.
|
 |
|
Dit is een cursus met voorrangsregels. Je dient je in te schrijven voor deze cursus vóór 16 november 12.00 uur.
De volgende studenten zijn gegarandeerd van een plaats:
- BA Media en cultuur;
- TCS en LAS;
- studenten die zich hebben ingeschreven voor de minor Cultuur, communicatie en media;
- premasterstudenten.
Overige studenten worden geplaatst middels loting mits er plek is.
Sinds de opkomst van de digitale media zijn we er met terugwerkende kracht van doordrongen dat media geen neutrale doorgeefluiken zijn van boodschappen. De media zelf drukken een stempel op de wijze waarop we waarnemen, voelen, denken en handelen. Een filosofische reflectie op nieuwe media houdt in dat we nadenken over de relatie tussen mediatechnologie enerzijds en het beeld dat we van onszelf en de wereld hebben anderzijds. Filosofie vraagt met name naar de impliciete of expliciete vooronderstellingen die bij de analyse en beoordeling van deze relatie een rol spelen. In deze cursus richten we ons vooral op de mogelijke normatieve (ethische en politieke) vooronderstellingen. Wat vind je wel of niet goed voor het menselijk welzijn als het gaat om media(technologie), en waarom? We onderzoeken onder andere of het gevestigde ethische vocabulaire nog wel toereikend is om de huidige digitale cultuur te analyseren.
We maken daarbij gebruik van inzichten uit de volgende subdisciplines: techniekfilosofie, ethiek, politieke filosofie, cultuurfilosofie, mediatheorie en filosofische antropologie. De cursus is de laatste uit het verdiepingspakket Nieuwe media en digitale cultuur en voegt een ethische reflectie toe aan de sociaal-culturele analyse van diverse digitale artefacten en praktijken die in de voorafgaande cursussen centraal stond.
Deze cursus maakt onderdeel uit van het Verdiepingspakket Nieuwe media en digitale cultuur en bouwt voort op de kennis en vaardigheden die zijn opgedaan in basispakket 1 en 2. In dit pakket verdiepen studenten hun historische en theoretische kennis van het nieuwe media en digitale cultuur en trainen zij vakspecifieke vaardigheden. Hierbij kun je denken aan onderzoeksmethodes die specifiek zijn voor het veld of de disciplines, of aan specifieke professionele vaardigheden.
Deze cursus is het vierde vak in het Verdiepingspakket Nieuwe media en digitale cultuur.
Voor studenten LAS en TCS die deze cursus volgen als mdeel van het kernpakket van hun hoofdrichting geldt een verplichte voorbereiding. Informatie: https://tcs.sites.uu.nl/
Essay: wat wordt er beoordeeld?
- kracht van de argumentatie (logische consistentie, precisie);
- diepgang en nauwkeurigheid van de filosofische reflectie;
- inbedding in de cursusstof (relevante bronnen uit het cursusmateriaal worden aangehaald, met een minimum van drie bronnen en minstens éen eigen externe bron);
- taal en stijl (heldere betoogtrant, nauwkeurig geformuleerd, vrij van taal-, spel- en schrijffouten);
- formele aspecten (verwijzingssysteem consequent en correct toegepast, naam-nummer-werkgroep-docent op voorblad, regelafstand 1,5, lettergrootte 11, voldaan aan alle formele randvoorwaarden wat betreft gebruik van bronnen).
|
 |
|
|
|
 Competenties-IngangseisenVoorkennisBasale kennis hebt van de geschiedenis en theorie van nieuwe media en digitale cultuur en ervaring hebt met het kritisch reflecteren op deze theorie. Daarnaast wordt verondersteld dat je bekend bent met het Chicago of MLA systeem voor het verwijzen naar en annoteren van literatuur; dat je in staat bent om gericht bronnen/literatuur te zoeken en te vinden in de online database van de universiteitsbibliotheek; | Voorkennis kan worden opgedaan metVervolg veronderstelde voorkennis: dat je in staat bent wetenschappelijke teksten te lezen en te verwerken; dat je een goed gestructureerde middellange tekst kunt schrijven met inzet van wetenschappelijk idioom; dat je weet hoe je een onderzoeksopzet maakt en welke eisen hieraan worden gesteld. Goede beheersing van de Nederlandse taal (lezen, spreken en schrijven) is vereist. Exchange studenten mogen in overleg met de docent individuele toetsen in het Engels inleveren. | Bronnen van zelfstudieVoorkennis kan worden opgedaan met in de cursus Inleiding nieuwe media.
- Scharff, Robert C. & Val Dusek (red.). Philosophy of technology: The technological condition - an anthology (2nd. edition). Oxford: Blackwell Publishing., 2014. |
| | Verplicht materiaalLiteratuur |
| Aanbevolen materiaalLiteratuurScharff & Dusek (red.), Philosophy of Technology: The Technological Condition - An Anthology (Oxford: Blackwell Publishing, 2014, 2nd edition) |
 |
| Werkvormen Hoorcollege  AlgemeenDe hoorcolleges bieden een context bij de opdrachten in de werkcolleges en zijn een aanvulling op te lezen teksten. Tijdens de werkcolleges vindt er verdieping van de literatuur plaats d.m.v. besprekingen van concrete voorbeelden en worden concepten en uitgangspunten onderzocht. Voorbereiding bijeenkomstenKritisch bestuderen van opgegeven literatuur en het zoeken naar en bestuderen van aanvullend materiaal. Aanwezigheid is verplicht. Bijdrage aan groepswerkActieve bijdrage aan discussies. Teamopdracht.
 | Werkcollege 
 |
|
 Toetsen EssayWeging |  | 70 |
Minimum cijfer |  | 5,5 |
Beoordelingzie veld inhoud.
 | OpdrachtWeging |  | 30 |
Minimum cijfer |  | 5,5 |
BeoordelingHet vermogen om in gesproken woord 1) een vergelijkende analyse te ontwikkelen van filosofische theorieën en concepten in relatie tot mediatechnologie en communicatie; 2) kritisch te reflecteren op vooronderstellingen en implicaties in relatie tot (nieuwe) media; 3) een goed gestructureerde en beargumenteerde eigen positie en stellingname t.a.v. een voor de cursus relevant onderwerp in te nemen en hierover met mede-studenten een discussie te voeren. Aspecten van academische vorming • Academisch denken, werken en handelen • Presenteren - een referaat/pleidooi voorbereiden, uitvoeren en evalueren • Communicatieve vaardigheden • Samenwerken met anderen, werken in teamverband • Kennis hanteren in een bredere context • Hanteren van wetenschappelijk instrumentarium |
 | PortfolioWeging |  | 0 |
Minimum cijfer |  | - |
BeoordelingDeze opdracht wordt niet apart becijferd.
 |
|
| |