SluitenHelpPrint
Switch to English
Cursus: INFOMSO
INFOMSO
Modelleren en systeemontwikkeling
Cursus informatie
Cursusdoelen
MSO gaat verder waar Imperatief Programmeren/Mobiel Programmeren ophoudt. Bij MSO leer je meer over het analyseren van de problemen die klanten aandragen en het ontwerpen van geschikte oplossingen. De leerdoelen:
  • Begrijpen welke problemen behorend bij Software Project Managment en hoe verschillende softwareontwikkelingsmodellen, zoals de Waterval Methode of Unified Process, deze problemen adresseren.
  • Gegeven een casus voor een (kleinschalig) software project, een preciese analyse kunnen opstellen van de gewenste functionaliteit door middel van use cases, requirements documenten en een domein model
  • Aan de hand van de GRASP principes van Larman verantwoordelijkheden voor berekening en databeheer toe kunnen kennen aan conceptuele klassen
  • UML (klasse) diagrammen kunnen lezen, schrijven, en implementeren
  • Gemeenschappelijke eigenschappen en variatie in een domein identificeren aan de hand van een CVA of analyse matrix
  • Demonstreren dat je de intentie, doel, en implementatie van verschillende design patterns begrijpt
  • Aan de hand van een casus, een ontwerp maken dat gebruik maakt van design patterns en beargumenteren waarom deze design patterns nodig zijn, en hoe ze de kwaliteit van het ontwerp verbeteren.
  • Het kritisch analyseren van een ontwerp, inclusief een beoordeling van hoe het ontwerp om zal kunnen gaan met veranderende requirements
Toetsvorm

Het vak wordt beoordeeld aan de hand van toetsen en practica.
  • Tussentoets (20%);
  • Eindopdracht (30%);
  • Tentamen (50%);

Om te slagen voor het vak moet je minstens een 4.0 halen voor al deze onderdelen en moet het gewogen gemiddelde van je cijfers minstens een 5.5 zijn.

Verder zullen er vier (kleine) inleveropdrachten zijn gedurende het vak. Deze worden beoordeeld met een Goed (A), Voldoende (B), Matig (D), of Onvoldoende(F). Als minstens twee opdrachten met Goed worden beoordeeld (en de anderen met een Voldoende of Goed), verdien je een extra 0.5 punt op de eindopdracht. Omgekeerd, met twee Matige practica krijg je 0.5 punt aftrek op de eindopdracht. Als er één opdracht onvoldoende wordt beoordeeld, maar je op basis van je tussentoets, eindopdracht, en tentamen wel voor het vak zou slagen, bestaat de mogelijkheid om deze opdracht te herkansen. Als er twee of meer opdrachten als onvoldoende worden beoordeeld, ben je voor het vak gezakt.
Om aan de aanvullende toets te mogen meedoen moet de oorspronkelijke uitslag minstens 4 zijn.

Inhoud
Dit vak behandelt de kunst van object georienteerd analyse en ontwerp. Er is ook aandacht voor de verschillende zaken die, naast het daadwerkelijke programmeren, aan bod komen tijdens het bouwen van software, zoals requirements engineering, testen, refactoren, en software development processen. Vereiste voorkennis: programmeren in C#.

Literatuur o.v.b.
  1. Design Patterns Explained
  2. Aanvullende literatuur zal via Blackboard beschikbaar zijn
Werkvorm
Videoclips, een reflectiecollege en 4 uur werkcollege/practicum per week.
 
SluitenHelpPrint
Switch to English