SluitenHelpPrint
Switch to English
Cursus: DB-K-GRF
DB-K-GRF
Geïntegreerde Reproductiefysiologie & Voortplantingstechnieken (keuzecursus)
Cursus informatie
CursuscodeDB-K-GRF
Studiepunten (EC)7,5
Cursusdoelen
Doel van het keuzevak “Reproductiefysiologie en voorplantingstechnieken” is om studenten kennis te laten nemen van de meest recente, verdiepende, informatie over de fundamentele principes van de reproductiefysiologie. Daarnaast krijgen de studenten kennis van en inzicht in de belangrijkste voortplantingstechnieken zoals deze bij (landbouw)huisdieren (kunnen) worden toegepast en worden de dierwelzijn/ethische aspecten hieraan gerelateerd bediscussieerd
Inhoud

Inhoud

Tijdens deze cursus verkrijgt de student diepgaande diersoortoverschrijdende kennis van en inzicht in (1) de regulatie van reproductie van zowel mannelijk als vrouwelijk dier en in (2) de mogelijkheden om de voortplanting te beïnvloeden. Hierbij zullen nog niet eerder besproken processen als epigenetica en embryonale imprinting, die optreden tijdens de ontwikkeling van eicel tot foetus, aan de orde komen. Daarnaast zal de kennis over de endocriene regulatie van de voortplanting worden verdiept door bespreking van autocriene en paracriene regelsystemen. Mogelijke positieve en/of negatieve effecten van de voedingstoestand op het reproductieve vermogen van het moederdier en de ontwikkeling van de nakomeling zullen uitgebreid worden behandeld. Verder zullen voortplantingstechnieken, die een belangrijke rol spelen in de moderne veehouderij, maar ook gebruikt worden voor rasverbetering (genetica) of voor de instandhouding van kleine populaties, uitgebreid worden besproken en gedemonstreerd.. Dierwelzijn/ethische aspecten van de toepassing van voortplantingstechnieken zullen eveneens in de groep bediscussieerd worden.
Het blok “Reproductiefysiologie en voorplantingstechnieken” is opgedeeld in 2 hoofdthema’s, 1. Biologie van Reproductie inclusief Embryonale en Foetale ontwikkeling en  2. Voortplantingstechnieken. Deze thema’s zullen aan de orde komen in geïntegreerde en interactieve onderwijsvormen, namelijk hoorcolleges , werkcolleges , practica  en in het  “project” (WCO) waarin de studenten een voor het keuzevak relevant onderwerp gaan uitwerken en presenteren (WCO). De opzet is als volgt:
  • In de hoorcolleges worden de grote lijnen aangegeven en de principes uitgelegd en interactief besproken.
  • Tijdens de werkcolleges wordt de student aan de slag gezet om zich de besproken principes eigen te maken.
  • De (demonstratie) practica zijn ontworpen om de student meer begrip en inzicht te geven in de stof.
  • Voor het uitwerken van het project worden afspraken gemaakt met de begeleiders om de voortgang van het project te bespreken. Deze opdracht grijpt terug op het project zoals uitgevoerd tijdens Lijn 1 onderwijs en uitwerking dient te geschieden via een WIKKI forum en m.b.v. een Webpresence-opdracht.
  • In de zelfstudietijd kunnen de studenten zich voorbereiden op de werkcolleges, practica en het tentamen. Daarnaast kan in deze tijd gewerkt worden aan het (WCO) project.

Beoordeling/toetsing

Schriftelijke toetsing (MCQ, 50% van het eindcijfer) en   het project (50% van het eindcijfer) dat wordt beoordeeld aan de hand van het schriftelijk verslag en de presentatie. Beide onderdelen dienen met een voldoende (> 5.5) te worden afgesloten. De eindbeoordeling van het project moet minimaal voldoende zijn.
Wijze van herkansen
De studenten die het vak niet gehaald hebben zal de mogelijkheid geboden worden het onderdeel waarvoor geen voldoende is gehaald te herkansen en/of  te repareren. Indien de student wederom geen voldoende  behaald, dient het keuzevak (of een ander keuzevak) in het volgende jaar opnieuw gevolgd te worden.

Relatie tot beroepsuitoefening

Voortplantingsproblemen zijn een veelvoorkomend probleem in de veterinaire praktijk. De in deze cursus verstrekte informatie en vaardigheden zullen bijdragen aan het beter begrijpen van (patho)fysiologische processen die ten grondslag liggen aan verminderde fertiliteit, aan het ontwikkelen van mogelijke preventiemaatregelen en aan het opzetten van adequate behandelingsstrategieën. Kennis van en inzicht in de belangrijkste voortplantingstechnieken bij (landbouw)huisdieren zijn voor een dierenarts van belang bij de toekomstige beroepsuitoefening. Van dierartsen wordt verwacht dat zij hierover de juiste (technische en ethische) informatie kunnen geven richting de maatschappij.

Voorkennis

Studenten Diergeneeskunde dienen in ieder geval het vak Voortplanting, blok 18 gevolgd te hebben. Studenten van buiten de faculteit dienen (een) vergelijkbaar vak(ken) gevolgd te hebben. Dit echter ter beoordeling van de coördinators van dit vak.

 
SluitenHelpPrint
Switch to English