Na afloop van de cursus kan de student: 

• op basis van de belangrijkste theorieën over mediakeuze en mediumeffectiviteit de invloed van een medium op de effectiviteit van de communicatie beschrijven.
• de resultaten van verschillende empirische onderzoeken naar het effect van mediumkeuze aan elkaar relateren en beredeneren wat de implicaties van mediumgebruik voor het communicatieproces zijn.
• de relatie tussen de uitkomsten van diverse statistische analyses en de geclaimde theoretische conclusies interpreteren en kritisch evalueren.
• aan de hand van een analysemethode een communicatiesituatie diagnosticeren en een advies formuleren over een te kiezen/ontwerpen mediëring.
• kritisch reflecteren op de dynamiek tussen argumenten vanuit de communicatieve effectiviteit van mediëringen en juridische, economische en andere institutionele argumenten.

 
 

 

In onze communicatie maken we gebruik van tal van technische media, en met onze communicatie beogen we allerhande doelen te realiseren. Dus is de vraag: welke relaties zijn er tussen mediakeuze en doelrealisering? En een vraag is: wat bepaalt welk medium mensen kiezen bij welk doel? We zoeken naar antwoorden op deze vragen in de literatuur, analyseren de validiteit van die antwoorden, en onderzoeken op welke manier de voorgestelde antwoorden de communicatiekundige helpen bij het evalueren van de keuzes die mensen maken en bij het adviseren over mogelijke optimaliseringen

Deze cursus is de derde cursus in Verdiepingspakket ‘Communicatie, organisatie en interactie’.

Voor studenten LAS en TCS die deze cursus  volgen als deel van het kernpakket van hun hoofdrichting geldt een verplichte voorbereiding. Informatie: https://tcs.sites.uu.nl/