|
Dit blok is de opstap naar farmacotherapeutisch handelen in de latere beroepspraktijk van een dierenarts. Vanaf de basis, de cel, wordt duidelijk hoe het functioneren van cellen / weefsels kan worden beïnvloed door lichaamseigenstoffen en lichaamsvreemde stoffen (farmaca en toxinen).
|
|
|
Dit blok begint met als algemeen uitgangspunt “de cel”. De centrale vraag is: hoe beïnvloeden externe factoren (d.w.z. factoren buiten de cel) het functioneren van de cel. Hierbij gaat het om de beïnvloeding van de cel zowel door endogene signaalstoffen als door farmaca en toxinen. De beïnvloeding van de cel, door zowel endogene stoffen als farmaca en toxinen, wordt behandeld uitgaande van het endocriene systeem en het neurale systeem, waarbij ook nader wordt ingegaan op de organisatie van beide systemen. Tevens worden de lotgevallen (absorptie, verdeling, metabolisme en excretie) besproken van zowel endogene stoffen als exogene stoffen (geneesmiddelen en toxinen) in het lichaam. Veranderingen in de processen die hierbij een rol spelen, zullen mede van belang zijn voor de beïnvloeding van de cel. Hiermee vormt dit vak de basis voor het begrip homeostase en is het een essentiële voorbereiding op correctie van (pathologische) veranderde celfuncties door middel van geneesmiddelen (farmacologisch ingrijpen om celfuncties c.q. de homeostase te herstellen).
|
 |
|