SluitenHelpPrint
Switch to English
Cursus: DB-K-BIJ
DB-K-BIJ
Biologie van de honingbij (keuzecursus)
Cursus informatie
CursuscodeDB-K-BIJ
Studiepunten (EC)7,5
Cursusdoelen
De student is in staat om:
  • De basale anatomie van een bij te reproduceren.
  • Onderzoek te doen naar de gezondheidstoestand van de nestkast en bijen.
  • Een diagnose te stellen bij problemen in de kast.
    Een behandelplan op te stellen voor de meest voorkomende bijenziektes.
  • Een bijenkast te hanteren op een manier die veilig is voor de bijen en mensen.
  • Kritische controlepunten binnen de honingproductie te identificeren en controleren.
  • Interacties tussen bij en milieu te benoemen en de gevolgen van bijensterfte te erkennen.
  • Volksgezondheid aspecten van het houden van bijen kunnen herkennen en hiernaar kunnen handelen.
Inhoud
Achtergrond
De Bijensterfte is de afgelopen jaren een steeds groter probleem geworden. Daarmee is de vraag naar kundige zorg en advies voor de bijenhouderij toegenomen. De dierenarts kan hierin een rol spelen, aangezien een van de taken van de dierenarts is toezicht te houden op de voedselveiligheid van dierlijke producten. In het geval van de honingbij betreft dit onder andere de honingproductie en de enorme economische belangen in de landbouwsector. De significante rol van de bij ligt namelijk niet alleen tot het produceren van honing, maar ook het bestuiven van verscheidene landbouwproducten in Nederland.
 
De diergeneeskunde student wordt, middels dit keuzevak, in staat gesteld zich te verdiepen in veel voorkomende problemen bij de bij. Daarmee kunnen deze studenten in de toekomst de juiste zorg en advies bieden aan de bijenhouders. Zo draagt de dierenarts een belangrijk steentje bij aan het gezond en in stand te houden van de Nederlandse bijenpopulatie. Daarmee ook rekening houdend met de invloed van de bijenpopulatie op het milieu, de maatschappij en economie. Verder kan de dierenarts met de verkregen kennis de imker ondersteunen in het diagnosticeren en behandelen van de gehouden bijenvolken. Op het gebied van het verantwoord houden, medicijngebruik en daarmee ook de voedselveiligheid is het dus zeer nuttig de dierenarts als onafhankelijke adviserende partij mee te laten draaien.
 
In dit keuzevak zullen onder andere de volgende thema’s worden behandeld: de anatomie en fysiologie van de honingbij, huisvesting, honingproductie, zowel het ecologische als economische belang van bijen en uiteraard de ziekteleer. Deze onderwerpen zullen gedurende de eerste twee weken middels hoorcolleges behandeld worden. Vervolgens zullen bovengenoemde onderwerpen verdere diepgang krijgen tijdens werkcolleges waarna de verkregen kennis toegepast kan worden in de practica. Deze opbouw stelt de studenten in staat een juist totaalbeeld te krijgen betreffende het houden en behandelen van de bij. Wij hopen hiermee een belangrijke schakel te kunnen worden in de preventie van bijensterfte. 
 


Opzet en organisatie
Gedurende het keuzevak moet de student minstens twee keer meelopen met de bijenbrigade. Er wordt geadviseerd dit te doen in zowel de eerste als de laatste week van het keuzevak. Er kan doordeweeks en in de weekenden meegelopen worden in de avonduren. Er wordt in een logboek genoteerd wie wanneer meegelopen heeft. Er moet van tevoren aangegeven worden wie meeloopt met de bijenbrigade. Aanmelden voor meelopen kan tot 5 uur ‘s avonds van dezelfde dag. Spreek onderling goed af wie welke dag meeloopt, er mogen namelijk maximaal 4 mensen per dag mee. Aangeraden wordt in tweetallen langs te komen.
 
SluitenHelpPrint
Switch to English